Basics – blokkering

Rating: 0 sterren
0 stemmen

De blokkering wordt altijd samen met de verdediging georganiseerd. Ook is er een verschil in 2-blok en een 3-blok. Ga bij je eigen team na of je een 3-blok wilt realiseren. Je kunt een 3-blok alleen neerzetten als er een hoge set-up wordt gegeven bij de tegenpartij. Doordat er een extra gebied geblokkeerd wordt, kunnen de verdedigers allemaal een ander gebied nemen om te blokkeren. Onthoudt alleen dat je niet alles kunt verdedigen. Een team dat alles verdedigd, verdedigd helemaal niks. Ook kan de blok variëren per rotatie per spelsysteem. Daarom draait het allemaal om keuzes maken.

Een goede blok is niet alleen als de bal geblokkeerd wordt. Een bal die uit gaat of verdedigd wordt hoort bij een goede blok. De timing van de blok wordt bepaald door de hoogte en afstand van de set-up.

Stapsgewijze uitvoering

  1. Uitgangshouding
    1. De steunvlakken (voeten) zijn geplaatst op schouderbreedte en drukken op de vloer uit op de grond, hiermee wordt er spanning opgebouwd in de benen. Dit komt bij de verplaatsing vrij als explosiviteit.
    2. De handen zitten zo dicht bij het netrand, in ieder geval boven schouderhoogte. Ook worden deze groot gemaakt.
    3. De afstand tussen de blokkeerder en het net is ongeveer de lengte van de onderarmen.
  2. Verplaatsing
    1. Er zijn 3 manieren om te verplaatsen bij een blok: Een simpele side-step, een cross-step en een cross-step in combinatie met de side-step.
    2. Een side-step is een simpele stap naar recht of naar links. Deze kan ingezet worden als de middenblokkeerder merkt dat de middenaanvaller van de tegenpartij meer naar links probeert te slaan of juist meer naar rechts. De blokkeerder stapt uit richting de positie om de blok te zetten en sluit aan met de andere voet.
    3. De cross-step is een 2-stap beweging waarbij de blokkeerder een grotere afstand moet afleggen, bijvoorbeeld een buitenaanvaller die meeblokkeert op midden. Als de blokrichting naar rechts is, wordt er eerst met de linkervoet uitgestapt. Als de blokrichting naar links is, wordt er eerst met de rechtervoet uitgestapt. Vervolgens wordt er een 2e stap gezet om op de positie te staan en ten slotte sluit de andere voet weer aan.
    4. De cross-step met side-step is een 3-staps blokkeering. Het komt erop neer dat De cross-step en de side-step worden gecombineerd waarbij de side-step de eerste stap de side-step is.
    5. Verder is het belangrijk dat de explosiviteit bij de eerste stap vrijkomt die bij de uitgangshouding is opgebouwd. Vervolgens wordt er nieuwe spanning gemaakt bij de eerste stap die weer de explosiviteit vormt bij de afzet. Zo maakt de speler hoogte in de sprong.
    6. De speler moet bij de afzet altijd naar de bal kijken. Om hoger te springen kan de speler ook een armbeweging maken. Dit vergroot de explosiviteit.
    7. Ten slotte dient de speler naar de bal te kijken en niet naar de tegenstander.
  3. Balcontact
    1. Balcontact vindt plaats in de lucht, op het moment dat de speler op zijn hoogste punt is en zweeft. Hoe langer de speler zweeft, hoe makkelijker het voor de speler is om te blokken.
    2. De buikspieren dienen aangespannen te worden en de handen worden zo groot mogelijk gemaakt.
    3. Als de bal de handen raakt van de speler, duwt de speler de bal naar beneden door een voorwaartse beweging te maken met de voeten.
    4. De speler kan de handen zo hoog mogelijk brengen, een verdedigend blok of de handen zo dicht mogelijk naar de bal brengen, een aanvallend blok. De aanvallende blok is (als het goed uitgevoerd wordt) effectiever dan de verdedigende blok.
  4. Vervolgactie
    1. Na balcontact landt de speler op 2 benen (Belangrijk! Blessurepreventie!).
    2. De armen gaan niet voor het lichaam langs, maar langs de zij van het lichaam. Dit is ter voorkoming van een netfout.
    3. Vervolgens gaat de speler zo snel mogelijk terug zijn/haar volgende uitgangspositie.